Terug
Gepubliceerd op 08/09/2021

Besluit  College van Burgemeester en Schepenen

ma 14/06/2021 - 09:00

Aanpassingen rechtspositieregeling lokaal bestuur Kontich - Goedkeuring

Aanwezig: Bart Seldeslachts, Burgemeester-voorzitter
Luc Abrams, Marleen Van den Eynde, Wim Claes, Willem Wevers, Karel Van Elshocht, Cindy Vanbaeden, Schepenen
Kizzy Rombaut, Plaatsvervangend algemeen directeur
Verontschuldigd: Luc Dom, Algemeen directeur
Feiten en context

1. Wijzigingen – rechtzetten onnauwkeurigheden

  • Schrijffouten
  • Artikelverwijzingen

TOELICHTING

Alle onnauwkeurigheden (schrijffouten, verkeerde artikelverwijzingen, …) die nog werden opgemerkt, zijn aangepast.

 

2. Artikel 41 wordt als volgt gewijzigd:

De diensten die een je ononderbroken tot de datum van je statutaire aanstelling op proef in tijdelijk verband hebt vervuld (in dezelfde functie als de functie waarin je aangesteld word), nemen we in aanmerking voor de proeftijd, op voorwaarde dat je daarvoor een gunstig evaluatieresultaat kreeg je niet in een lopend evaluatietraject bevond.

TOELICHTING

Door de invoering van de nieuwe feedbackcyclus en het afschaffen van het periodieke evaluatiesysteem, maken we niet langer gebruik van gunstige en ongunstige evaluatieresultaten. De voorwaarde is dus niet zozeer het evaluatieresultaat cfr. periodieke evaluatie, maar het zich al dan niet in een lopend evaluatietraject bevinden.

 

3. Artikel 217 wordt als volgt gewijzigd:

Elk personeelslid heeft recht op maaltijdcheques (behalve jobstudenten en gelegenheidspersoneel dat minder dan één maand tewerkgesteld wordt).

Het aantal maaltijdcheques dat je ontvangt wordt bepaald door het totaal aantal effectief gepresteerde uren in de loop van de maand, gedeeld door het normale aantal arbeidsuren per dag (7,6 uren). Wanneer deze bewerking een decimaal getal oplevert, wordt het naar boven afgerond. Per kwartaal mag het aantal toegekende maaltijdcheques nooit hoger zijn dan het maximum aantal werkdagen dat gepresteerd kan worden door een voltijds werkende. Opleiding, studiedagen, vergaderingen van het bestuur en vergaderingen met vakbondsverlof stellen we gelijk met arbeidsprestaties. Overuren, die nadien binnen het kwartaal worden gerecupereerd via vrijaf van gelijke duur, stellen we gelijk met effectieve arbeidsprestaties, tot beloop van het theoretisch maximum aantal te presteren arbeidsdagen per kwartaal.

Het aantal toegekende maaltijdcheques is gelijk aan het aantal dagen waarop het personeelslid effectief arbeidsprestaties levert.

Deze berekeningswijze impliceert dat overuren slechts aanleiding geven tot toekenning van extra maaltijdcheques, indien zij geleverd worden op andere dagen dan deze waarop het personeelslid reeds normale werkelijke arbeid verricht. In deze regeling kan voor compensatiedagen geen maaltijdcheque worden toegekend, aangezien op die dagen geen effectieve arbeidsprestaties worden verricht.

Bovendien worden de arbeidsprestaties, die op éénzelfde dag voor één of meer van de juridische entiteiten binnen ons lokaal bestuur (gemeente en OCMW) worden gepresteerd, beschouwd als één werkdag.

TOELICHTING

Binnen ons bestuur maken wij gebruik van de standaardregeling voor het berekenen van het aantal toegekende maaltijdcheques. Tijdens de herwerking van de rechtspositieregeling is de pro rata verdeling verkeerdelijk uitgewerkt in artikel 217. Aan de toepassing wijzigde echter niets in de praktijk. Dit artikel wordt nu terug rechtgezet in onze teksten.

 

4. Artikel 245 wordt als volgt gewijzigd:

De vakantiedagen die je als statutair niet hebt kunnen opnemen als gevolg van een langdurige ziekte, worden toegevoegd aan het nog beschikbare ziektekrediet. Als langdurige ziekte geldt een totale afwezigheid wegens ziekte, gedurende een kalenderjaar, van meer dan 2 maanden. 1 maand.


TOELICHTING

Er bleef nog een verschil bestaan tussen onze rechtspositieregeling artikel 245 paragraaf 2 en het arbeidsreglement (bijlage 2, artikel 2§4). In de rechtspositieregeling wordt enkel voor de statutairen vermeld dat de vakantiedagen die niet konden worden opgenomen wegens langdurige ziekte toegevoegd worden aan het beschikbare ziektekrediet, waarbij langdurige ziekte als een afwezigheid wegens ziekte van meer dan 2 maanden werd gedefinieerd. In artikel 2§4 van bijlage 2 bij het arbeidsreglement wordt dan weer verwezen naar systeem voor contractuelen waarbij men bij een afwezigheid wegens ziekte van minstens een maand in het laatste kwartaal de overgebleven vakantiedagen / -uren uitbetaald worden.

De ziektekredietregeling voor statutairen waarvan sprake in artikel 245 §2 van de RPR is gebaseerd op artikel 187 §4 van het BVR RPR;

§ 4. De raad kan bepalen dat de vakantiedagen die het statutaire personeelslid niet heeft kunnen opnemen als gevolg van langdurige ziekte, worden toegevoegd aan het nog beschikbare ziektekrediet.

Wat een langdurige ziekte is, wordt niet gedefinieerd. De precieze werkwijze bij het toepassen van het stelsel van ziektekrediet wordt in ruime mate overgelaten aan de autonomie van de besturen. Als bestuur bepalen we zelf wat in deze situatie een langdurige ziekte concreet betekent.

We kiezen ervoor om de lijn van één maand voor beide stelsels (statutair – contractueel) gelijk te zetten en dus conform onze visie op re-integratie langdurig zieken de termijn dus op één maand ziekte te zetten.


5. Artikel 264 wordt als volgt gewijzigd:

Bevalling van je echtgenote of samenwonende partner, of ter gelegenheid van de geboorte van een kind dat wettelijk van je afstamt.

 

10 15 werkdagen, op te nemen binnen de vier maanden vanaf de bevalling.

TOELICHTING


De programmawet van 20 december 2020 (art. 63-64) voorziet voor de werknemers die door een arbeidsovereenkomst verbonden zijn met hun werkgever in de geleidelijke optrekking van de 10 dagen geboorteverlof naar 20 dagen in 2023. Deze optrekking zal in twee fases gebeuren. Vanaf 1 januari 2021 wordt het geboorteverlof opgetrokken tot 15 dagen voor de geboortes die vanaf die datum plaatsvinden. Vanaf 1 januari 2023 worden er nog eens 5 bijkomende dagen toegekend. Het geboorteverlof zal dan 20 dagen bedragen voor de geboortes die vanaf 1 januari 2023 plaatsvinden.

Bevoegdheid

Artikel 186 §1 en §2 van het Decreet Lokaal Bestuur bepaalt dat de gemeenteraad de rechtspositieregeling van het gemeentepersoneel vaststelt.

In de GR van 17 juni 2019 werden deze bevoegdheden (organogram incl. formatie en rechtspositieregeling) gedelegeerd aan het CBS.

Juridische grond(en)

Artikel 41, tweede lid Decreet Lokaal Bestuur

Inspraak en advies
  • MAT dd. 19/05/20210
  • vakbondsoverleg dd. 08/06/2021
Besluit

Enig artikel.

Het college van burgemeester en schepenen keurt de aanpassingen van de rechtspositieregeling voor gemeente en OCMW Kontich als bijlage goed.