Terug
Gepubliceerd op 21/10/2025

Besluit  Gemeenteraad

ma 20/10/2025 - 20:00

Uniform Politiereglement - Wijzigingen bijlage 1 - Publiek toegankelijke inrichtingen - Goedkeuring

Aanwezig: Merel Akkermans, Voorzitter
Bart Seldeslachts, Burgemeester
Luc Abrams, Wim Claes, Willem Wevers, Cindy Vanbaeden, Peter Scholiers, Peter Lambrechts, Schepenen
Luc Van Hoof, An Verlinden, Mia Wauters, Anja Poortmans, Christel Beyens, Guido Daelemans, Felicia Van Thuyne, Sophie Baeckelmans, Stijn De Haes, Ronny Roofthooft, Joris Dircx, Wim Annaert, Marjan De Nayer, Anton Van Belleghem, Linda Achten, Evy Van Santfoort, Jasper Aertsens, Edwin Truyens, Marleen Wauben, Raadsleden
Kizzy Rombaut, Algemeen directeur
Feiten en context

Deze beslissing betreft een aanpassing van het gemeentelijk politiereglement gemeente Kontich – Bijlage 1 houdende maatregelen tot het voorkomen en bestrijden van brand in publiek toegankelijk inrichtingen. Goedgekeurd door gemeenteraad op 20 september 2021.

Het nieuwe reglement zou ingaan op 1 januari 2026, tot dan blijft de versie goedgekeurd op 20 september 2021 van toepassing.

Er wordt door de brandweer een toelichting voorzien op dinsdag 30 september 2025 en/of donderdag 16 oktober 2025.

Bijlagen

Aan het besluit worden 2 documenten toegevoegd:

  • voorstel aanpassingen zonaal politiereglement: dit document geeft aan welke aanpassingen er voorgesteld worden en waarom.
  • ontwerp zonaal politiereglement: dit document geeft aan hoe het politiereglement er uit zal zien na aanpassing.

Deze documenten maken integraal deel uit van de beslissing.

Bevoegdheid

Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017; Art. 40.§ 1.: De gemeenteraad maakt de gemeentelijke reglementen van inwendig bestuur en de gemeentelijke politieverordeningen.

Juridische Grond(en)
  • Artikel 119 van de Nieuwe Gemeentewet
  • Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017
Inspraak en advies

De zoneraad van de brandweer Zone Rand adviseert volgende aanpassingen:

Administratieve bepalingen

Definities (art. 1.1)

Verbouwen (art. 3.1.6)

Huidige situatie

Verbouwen: Structurele wijzigingen

Vaststelling

Te algemene formulering.

Voorstel tot aanpassing

Verbouwen: Structurele wijzigingen aanbrengen die een invloed hebben op de stabiliteit en/of brandweerstand van de scheidende elementen.

Herinrichten (art. 3.1.8)

Huidige situatie

Herinrichten: Een bestaande publiek toegankelijke inrichting wijzigen zonder aanpassingen aan de structuur.

Vaststelling

De wijzigingen in het aantal aanwezigen, de compartimentering en evacuatie (vluchtwegen) hebben invloed op de brandveiligheid. Op deze aanpassingen willen we als brandweer advies verlenen.

Voorstel tot aanpassing

Herinrichten: Een bestaande publiek toegankelijke inrichting wijzigen zonder aanpassingen aan de structuur maar wel met invloed op:

  • brandcompartimentering
  • aantal gebruikers
  • evacuatie(wegen)

Toepassingsgebied (art. 3.2.2)

Huidige situatie

Dit reglement is niet van toepassing op:

  • Scholen(a)
  • Gebouwen voor uitoefening van erediensten (b) 

Vaststelling

a. Wanneer schoolgebouwen door derden gebruikt worden, zijn de bezoekers niet bekend met deze gebouwen. Er is ook geen begeleiding vanuit de school aanwezig. Dikwijls wordt er een sleutel overhandigd en zijn de aanwezigen op zichzelf aangewezen bij een incident.

b. In Vlaanderen zijn er zes erkende erediensten. Praktijk leert dat andere lokalen / ruimten gebruikt voor erediensten amateuristisch zijn ingericht en niet aangepast aan het aantal te verwachten bezoekers.

Wanneer er evenementen worden georganiseerd in deze gebouwen zoals vb. een concert is het aantal te verwachten personen beduidend hoger.

Voorstel tot aanpassing

Dit reglement is niet van toepassing op:

  • Scholen voor hun onderwijsopdracht : gebouwdelen van scholen die buiten de schooluren door derden gebruikt worden, worden wel als publiek toegankelijke inrichting beschouwd.
  • Gebouwen voor uitoefening van erkende erediensten : in zoverre deze enkel gebruikt worden voor de erediensten. Worden deze ook voor andere doelen gebruikt dan worden ze als publiek toegankelijke inrichtingen beschouwd. 

Brandveiligheidsattest (art. 3.3)

Huidige situatie

De exploitant van een “nieuwe” publiek toegankelijke inrichting is verplicht:

  • Ten minste 60 dagen voor de opening van de inrichting de openingsdatum van de inrichting aan de burgemeester mede te delen;
  • Een controle van de brandveiligheid ten minste 60 dagen voor de opening van de inrichting aan te vragen.
  • Zich ervan te vergewissen dat aan alle maatregelen tot het voorkomen en bestrijden van brand, opgenomen in dit reglement, is voldaan vooraleer de inrichting te openen. 

Het brandveiligheidsattest wordt aangevraagd door de exploitant aan de burgemeester in volgende gevallen:

  • Nieuwe publiek toegankelijke inrichtingen;
  • Bestaande publiek toegankelijke inrichtingen die verbouwd, heringericht of uitgebreid worden;
  • Bestaande publiek toegankelijke inrichtingen met een nieuwe exploitant;
  • Vóór het beëindigen van de geldigheidsduur van het brandveiligheidsattest;
  • Bij wijzigingen die de brandveiligheid en de evacuatiemogelijkheden kunnen beïnvloeden;
  • Bij toename van het aantal toegelaten personen.

Vaststelling

De termijn van 60 dagen wordt niet gehanteerd. De exploitanten zijn nog niet voldoende ver met het oprichten van hun instelling. Te vroeg aangevraagde controle bezoeken leiden tot situaties waarbij de brandweer op een ‘werf’ terechtkomt en bijgevolg geen verslag kan opstellen. Praktijk leert dat de instellingen pas net voor opening afgewerkt zijn en klaar voor controle.

Voorstel tot aanpassing

De exploitant van een “nieuwe” publiek toegankelijke inrichting is verplicht:

  • Ten minste 30 dagen voor de opening van de inrichting de openingsdatum van de inrichting aan de burgemeester mede te delen;
  • Een controle van de brandveiligheid ten minste 30 dagen voor de opening van de inrichting aan te vragen.
  • Bij het bepalen van de datum voor de controle dient de exploitant er zeker van te zijn, dat de werken voldoende ver geëvolueerd zijn, zodat aan dit reglement is voldaan. 

Het brandveiligheidsattest wordt aangevraagd door de exploitant aan de burgemeester in volgende gevallen:

  • Nieuwe publiek toegankelijke inrichtingen;
  • Bestaande publiek toegankelijke inrichtingen die verbouwd, heringericht of uitgebreid worden;
  • Bestaande publiek toegankelijke inrichtingen met een nieuwe exploitant;
  • Vóór het beëindigen van de geldigheidsduur van het brandveiligheidsattest;
  • Bij wijzigingen die de brandveiligheid en/of de evacuatiemogelijkheden kunnen beïnvloeden;
  • Bij toename van het aantal toegelaten personen. 

Stappenplan (art. 3.3.7)

Huidige situatie

Bij het uitreiken van een B attest heeft de exploitant zes maanden om een stappenplan uit te werken om aan het reglement te voldoen. Dit stappenplan wordt aan de burgemeester bezorgd binnen de vooropgestelde termijn.

Vaststelling

De termijn om een stappenplan uit te werken is in andere brandveiligheidswetgevingen zoals de ouderenvoorzieningen, toerisme voor allen, …vastgelegd op 7 maanden.

Om de eenvormigheid voor uitbaters, preventionisten en bestuur te vergroten wordt voorgesteld de termijn op te trekken naar 7 maanden.

Voorstel tot aanpassing

Bij het uitreiken van een B attest heeft de exploitant zeven maanden om een stappenplan uit te werken om aan het reglement te voldoen. Dit stappenplan wordt aan de burgemeester bezorgd binnen de vooropgestelde termijn.

Afwijking (art. 3.5)

Huidige situatie

Procedure

De aanvraag tot afwijking wordt door de exploitant schriftelijk aan de burgemeester bezorgd, die ze voor advies kan doorsturen naar de afwijkingscommissie. Het afwijkingsdossier omvat minstens volgende zaken:

  • Duidelijke plannen van de inrichting, op schaal getekend;
  • Verklarende nota waarom een afwijking wordt aangevraagd;
  • Toelichting van het gelijkwaardig alternatieve voorstel met gelijkwaardig veiligheidsniveau. 

Vaststelling

Dubbele formulering in de vraag naar gelijkwaardig veiligheidsniveau.

Voorstel tot aanpassing

Procedure

De aanvraag tot afwijking wordt door de exploitant schriftelijk aan de burgemeester bezorgd, die ze voor advies kan doorsturen naar de afwijkingscommissie. Het afwijkingsdossier omvat minstens volgende zaken:

  • Duidelijke plannen van de inrichting, op schaal getekend;
  • Verklarende nota waarom een afwijking wordt aangevraagd;
  • Toelichting van het alternatieve voorstel met gelijkwaardig veiligheidsniveau. 

Technische bepalingen

Keuken (art. 4.1.9)

Huidige situatie

Een lokaal, of een gedeelte daarvan, waarin zich toestellen bevinden met een totaal gecummuleerd elektrisch vermogen groter of gelijk aan 10 kW of met open vlam.

Vaststelling

Vaste frituurtoestellen vormen een gekend risico op brand.

Voorstel tot aanpassing

Een lokaal, of een gedeelte daarvan, waarin zich ofwel:

  • toestellen bevinden met een totaal gecummuleerd elektrisch vermogen groter of gelijk aan 10 kW
  • toestellen met open vlam
  • vaste frituurtoestellen 

Aantal toegelaten personen (art. 4.2)

Huidige situatie

Aantal toegelaten personen

De exploitant heeft een vork waartussen hij het aantal toegelaten personen kan bepalen. Deze vork wordt gevormd door het minimum aantal personen en het maximum aantal personen.

Minimum aantal toegelaten personen

Het minimum aantal toegelaten personen (inclusief personeel) wordt vastgesteld aan de hand van onderstaande regels:

  • Het aantal vaste zitplaatsen en overige oppervlakte volgens onderstaande regels;
  • Voor elke vorm van eet- en drankgelegenheid is dit aantal de totale publiek toegankelijke oppervlakte gedeeld door 1 met aftrek van de oppervlakte met vast meubilair;
  • Voor andere inrichtingen is dit aantal de totale publiek toegankelijke oppervlakte gedeeld door 10;
  • Voor nieuwe inrichtingen is dit aantal de totale publiek toegankelijke oppervlakte gedeeld door 3. 

Maximum aantal toegelaten personen

Het maximum aantal toegelaten personen (inclusief het personeel) wordt vastgesteld aan de hand van de criteria vermeld in punten 1 t.e.m. 4. Het meest ongunstige criterium geldt, dus datgene dat het minst aantal personen vermeldt.

  • Op basis van de oppervlakte en/of het aantal zitplaatsen
  • Op basis van het aantal uitgangen
  • Op basis van de breedte van de uitgangen
  • Het max. aantal toegelaten personen kan door de brandweerdienst worden verminderd

Uitzondering

Het maximum aantal toegelaten personen is telkens opnieuw te bepalen bij een gewijzigde opstelling. Vooral bij de exploitatie van een polyvalente zaal dient hieraan bijzondere aandacht besteed.

Het maximum aantal toegelaten personen kan door de brandweerdienst worden verminderd op basis van de risico’s, de bezetting, de functie, de bereikbaarheid of de inplanting van de publiek toegankelijke inrichting

Vaststelling

De beschrijving van het “minimum en maximum aantal toegelaten personen” geeft aanleiding tot verwarring. Dit bij uitbaters, preventionisten en de besturen. Duidelijker wordt het wanneer we spreken van een onder- en bovengrens. De ondergrens bepaalt de uitgangen en maatregelen.

Het reglement zorgt ervoor dat de exploitant er belang bij heeft om een lager aantal gebruikers vast te leggen en zo in een lagere categorie ingedeeld te worden. De voorwaarden zijn namelijk minder streng voor de lagere categorieën. Kantelpunten zijn 10, 50 en 500 personen. Vanaf 500 personen moet er vb. een automatische branddetectie installatie geplaatst worden.

Om dit op te vangen werd bij opmaak van het reglement een beveiliging ingebouwd zodat het minimum aantal toegelaten personen niet lager kan gelegd worden dan wat redelijk kan verwacht worden. Deze beveiliging is nodig maar veroorzaakt problemen bij bepaalde categorieën. Voornamelijk de kleinere horecazaken, sportcomplexen, bowlings, ….

Een moeilijkheid is het ontbreken van een eenduidige indeling in categorieën, wat is een restaurant, café, taverne, danscafé, … wat met een restaurant in een bowlingzaal? Wat met alle verschillende evenementenlocaties zoals bowlings, VR-games, escape-rooms, ….

Het reglement vereist dat er in deze gevallen telkens een afwijking moet gevraagd worden aan de burgemeester. De burgemeester kan advies op deze afwijkingsaanvraag aan de hulpverleningszone vragen. Voor de nieuwe gebouwen moet er mogelijks eveneens een afwijkingsaanvraag worden ingediend bij het Ministerie van Binnenlandse Zaken. Een omslachtige procedure voor de uitbater.

Voorstel tot aanpassing

Aantal toegelaten personen

Het maximum aantal toegelaten personen wordt voorgesteld door de exploitant. Het wordt beperkt door het aantal, de ligging en de afmetingen van de uitgangen en de dimensies van de evacuatiewegen.

Het maximum aantal toegelaten personen is afhankelijk van de opstelling in en de inrichting van de zaal. Vooral bij de exploitatie van een polyvalente zaal dient hieraan bijzondere aandacht besteed te worden.

Het maximum aantal toegelaten personen kan door de brandweerdienst worden verminderd op basis van de risico’s, de bezetting, de functie, de bereikbaarheid of de inplanting van de publiek toegankelijke inrichting.

Indien de oppervlakte van de zaal maakt dat de capaciteit door de brandweer hoger ingeschat wordt dan voorgesteld door de exploitant, kan de brandweer de burgemeester adviseren om de inrichting eventueel in een hogere categorie in te delen en bijkomende uitgangen en evacuatiewegen op te leggen.

De brandweer kan zich hiervoor onder andere baseren op volgende criteria:

Het aantal vaste zitplaatsen en overige oppervlakte volgens onderstaande regels;

  • Voor elke vorm van eet- en drankgelegenheid is dit aantal de totale publiek toegankelijke oppervlakte gedeeld door 3 met aftrek van de oppervlakte met vast meubilair;
  • Voor andere inrichtingen is dit aantal de totale publiek toegankelijke oppervlakte gedeeld door 10;
  • Voor nieuwe inrichtingen is dit aantal de totale publiek toegankelijke oppervlakte gedeeld door 3. 

Categorie 1

Organisatie (art. 5.7)

Veiligheidsregister (art. 5.7.1)

Huidige situatie

In elke publiek toegankelijke inrichting dient een veiligheidsregister permanent ter inzage te liggen voor de bevoegde instanties, alsook voor de personen die hiertoe door de burgemeester werden gemachtigd. Dit register bevat informatie over veiligheidsvoorschriften en vergunningen, waaronder (indien van toepassing):

  • Brandveiligheidsverslag;
  • Exploitatievergunning;
  • Milieuvergunning
  • Omgevingsvergunning
  • Aantal toegelaten personen conform B2;
  • Verslagen en/of attesten van de periodieke controles;
  • Verzekeringspolis objectieve aansprakelijkheid in geval van brand en ontploffing. 

Vaststelling

het opnemen van de milieu- en omgevingsvergunning in de oplijsting zorgt voor verwarring. Weinig uitbaters beschikken over deze gegevens. We stellen dan ook voor om ze te schrappen uit de oplijsting.

Voorstel tot aanpassing

In elke publiek toegankelijke inrichting dient een veiligheidsregister permanent ter inzage te liggen voor de bevoegde instanties, alsook voor de personen die hiertoe door de burgemeester werden gemachtigd. Dit register bevat informatie over veiligheidsvoorschriften en vergunningen, waaronder (indien van toepassing):

  • Brandveiligheidsverslag;
  • Exploitatievergunning;
  • Aantal toegelaten personen;
  • Verslagen en/of attesten van de periodieke controles;
  • Verzekeringspolis objectieve aansprakelijkheid in geval van brand en ontploffing. 

Technische installaties (art. 5.7.5)

Huidige situatie

De verantwoordelijke moet volgende installaties periodiek laten nazien.

Vaststelling

Het reglement bevat een algemene opsomming. Niet alle installaties zijn altijd aanwezig.

Voorstel tot aanpassing

Indien aanwezig, moet de verantwoordelijke volgende installaties periodiek laten nazien:

Categorie 2

Inplanting (art.6.1)

Huidige situatie

De inrichting is rechtstreeks en voortdurend bereikbaar door de voertuigen van de hulpdiensten.

Op de toegangswegen wordt steeds een rijstrook vrijgehouden waar stilstaan en parkeren verboden is. Hydranten moeten ten allen tijde vrij blijven en bereikbaar voor de hulpdiensten

Vaststelling

De inrichting van de openbare weg is de bevoegdheid van de overheid. De exploitant heeft hierin geen bevoegdheid.Het gaat dan ook over de private toegangswegen waarvoor de exploitant bevoegd is. De inrichting hiervan moet zorgen dat de inrichting ten alle tijde bereikbaar is.

Voorstel tot aanpassing

De inrichting is rechtstreeks en voortdurend bereikbaar door de voertuigen van de hulpdiensten.

Op de private toegangswegen wordt steeds een rijstrook vrijgehouden waar stilstaan en parkeren verboden is. Hydranten moeten ten allen tijde vrij blijven en bereikbaar voor de hulpdiensten

Uitgangen - automatische deuren (art. 6.4.6)

Huidige situatie

Automatisch werkende deuren mogen gebruikt worden, mits zij uitgerust zijn met paniekbeslag.

Vaststelling

Bestaande systemen welke automatisch openen bij defect of stroomuitval zijn onderwerp van een afwijkingsaanvraag. Er is geen veiligheidsrisico bij dit type deur. De aanvraag betreft dus een formaliteit en is omslachtig voor de uitbater en bestuur.

Voorstel tot aanpassing

Automatisch werkende deuren mogen gebruikt worden mits zij, ofwel zijn uitgerust met paniekbeslag, ofwel bij het uitvallen van de elektrische stroom of een ander defect automatisch in open stand worden geplaatst.

Technische ruimte (6.5)

Huidige situatie

In lokalen met een centrale verwarmingsinstallatie en/of installatie voor warmwaterproductie moeten alle nodige veiligheidsmaatregelen worden genomen om oververhitting, ontploffing en brand te voorkomen. In de omgeving van de installatie dient alles wat het brandrisico verhoogt, te worden geweerd.

Installaties met een nominaal vermogen vanaf 75 kW dienen in een technisch lokaal met wanden EI 60 en zelfsluitende deuren EI1 30 te worden ondergebracht.

Vaststelling

Er wordt meer en meer gebruikgemaakt van nieuwe technieken zoals warmtepompen. Het artikel is van toepassing op de installaties die werken met verbranding. De formulering is hieraan aan te passen cfr. het KB 7 juli 1994 (en wijzigingen).

Voorstel tot aanpassing

In lokalen met een centrale verwarmingsinstallatie en/of installatie voor warmwaterproductie moeten alle nodige veiligheidsmaatregelen worden genomen om oververhitting, ontploffing en brand te voorkomen. In de omgeving van de installatie dient alles wat het brandrisico verhoogt, te worden geweerd.

Verbrandingstoestellen met gecumuleerd verbrandingsdebiet vanaf 75 kW dienen in een technisch lokaal met wanden EI 60 en zelfsluitende deuren EI1 30 te worden ondergebracht.

Kookgelegenheden (art. 6.5.2)

Huidige situatie

Frituurtoestellen bevinden zich op minstens 2 m van een evacuatieweg of zijn uitgerust met een vaste automatische blusinstallatie, welke gekoppeld is aan een mechanisme dat de toevoer van energie naar het toestel onderbreekt bij het in werking treden van de blusinstallatie.

Huidige situatie

Blusvoorzieningen zijn te voorzien nabij de verplaatsbare friteuses om branduitbreiding te voorkomen.

Voorstel tot aanpassen

Frituurtoestellen bevinden zich op minstens 2 m van een evacuatieweg of zijn uitgerust met een vaste automatische blusinstallatie, welke gekoppeld is aan een mechanisme dat de toevoer van energie naar het toestel onderbreekt bij het in werking treden van de blusinstallatie.

Nabij een verplaatsbare friteuse is een goed passend metalen deksel en voldoende groot branddeken conform EN 1869 te voorzien.

Organisatie (art. 6.7)

Huidige situatie

De verantwoordelijke moet volgende installaties periodiek laten nakijken.

Vaststelling

Het reglement bevat een algemene opsomming. Niet alle installaties zijn altijd aanwezig.

Voorstel tot aanpassing

Indien aanwezig, moet de verantwoordelijke volgende installaties periodiek laten nazien:

Organisatie - overzichtstabel (art. 6.7.6)

Huidige situatie

Veiligheidsverlichting - goede werking

Bevoegd persoon

6-maandelijks 

 Vaststelling

Om de goede werking van de ganse installatie te garanderen is het nodig om op regelmatige basis een keuring te laten uitvoeren door een erkend organisme (EO).

De elektrische laagspanningsinstallatie wordt 5-jaarlijks door een erkend organisme gekeurd. Als voorstel wordt dezelfde termijn opgenomen. Algemeen keurt de EO zowel de laagspanning als veiligheidsverlichting. Dit kan dus in één controlebezoek / verslag worden opgenomen.

Voorstel tot aanpassing

Veiligheidsverlichting

Erkend organisme

5-jaarlijks

Veiligheidsverlichting - goede werking

Bevoegd persoon

6-maandelijks

 Categorie 3

Inplanting (art. 7.1)

Huidige situatie

De inrichting is rechtstreeks en voortdurend bereikbaar door de voertuigen van de hulpdiensten.

Op de toegangswegen wordt steeds een rijstrook vrijgehouden waar stilstaan en parkeren verboden is. Hydranten moeten ten allen tijde vrij blijven en bereikbaar voor de hulpdiensten

Vaststelling

De inrichting van de openbare weg is de bevoegdheid van de overheid. De exploitant heeft hierin geen bevoegdheid. Het gaat dan ook over de private toegangswegen waarvoor de exploitant bevoegd is. De inrichting hiervan moet zorgen dat de inrichting ten alle tijde bereikbaar is.

Voorstel tot aanpassing

De inrichting is rechtstreeks en voortdurend bereikbaar door de voertuigen van de hulpdiensten.

Op de private toegangswegen wordt steeds een rijstrook vrijgehouden waar stilstaan en parkeren verboden is. Hydranten moeten ten allen tijde vrij blijven en bereikbaar voor de hulpdiensten

Uitgangen - automatische deuren (art. 7.4.6)

Huidige situatie

Automatisch werkende deuren mogen gebruikt worden, mits zij, uitgerust zijn met paniekbeslag.

Vaststelling

Bestaande systemen welke automatisch openen bij defect of stroomuitval zijn onderwerp van een afwijkingsaanvraag.

Voorstel tot aanpassing

Automatisch werkende deuren mogen gebruikt worden mits zij, ofwel zijn uitgerust met paniekbeslag, ofwel bij het uitvallen van de elektrische stroom of een ander defect automatisch in open stand worden geplaatst.

Technische ruimte (7.5.1.2)

Huidige situatie

In lokalen met een centrale verwarmingsinstallatie en/of installatie voor warmwaterproductie moeten alle nodige veiligheidsmaatregelen worden genomen om oververhitting, ontploffing en brand te voorkomen. In de omgeving van de installatie dient alles wat het brandrisico verhoogt, te worden geweerd.

Installaties met een nominaal vermogen vanaf 75 kW dienen in een technisch lokaal met wanden EI 60 en zelfsluitende deuren EI1 30 te worden ondergebracht.

Vaststelling

Er wordt meer en meer gebruikgemaakt van nieuwe technieken zoals warmtepompen. Het artikel is van toepassing op de installaties die werken met verbranding. De formulering is hieraan aan te passen cfr. het KB 7 juli 1994 (en wijzigingen)..

Voorstel tot aanpassing

In lokalen met een centrale verwarmingsinstallatie en/of installatie voor warmwaterproductie moeten alle nodige veiligheidsmaatregelen worden genomen om oververhitting, ontploffing en brand te voorkomen. In de omgeving van de installatie dient alles wat het brandrisico verhoogt, te worden geweerd.

Verbrandingstoestellen met gecumuleerd verbrandingsdebiet vanaf 75 kW dienen in een technisch lokaal met wanden EI 60 en zelfsluitende deuren EI1 30 te worden ondergebracht.

Technische ruimte (7.5.1.5)

Huidige situatie

Op de gastoevoerleiding dient buiten het gebouw een afsluiter aangebracht te worden en de plaats hiervan dient duidelijk zichtbaar te zijn op de gevel.

Vaststelling

Het plaatsen van een gasafsluiter is een grote kost voor de exploitant. Indien de gasleiding een te kleine diameter heeft, wordt er vanuit de gasmaatschappij geen afsluiter geplaatst.

De gasmaatschappij bepaalt of een gasafsluiter noodzakelijk is.

Voorstel tot aanpassing

Schrappen van het artikel.

Organisatie (art. 7)

Huidige situatie

De verantwoordelijke moet volgende installaties periodiek laten nazien.

Vaststelling

Het reglement bevat een algemene opsomming. Niet alle installaties zijn altijd aanwezig.

Voorstel tot aanpassing

Indien aanwezig, moet de verantwoordelijke volgende installaties periodiek laten nazien:

Organisatie - overzichtstabel (art. 7.6)

Huidige situatie

Veiligheidsverlichting - goede werking

Bevoegd persoon

6-maandelijks

 Vaststelling

Om de goede werking van de ganse installatie te garanderen is het nodig om op regelmatige basis een keuring te laten uitvoeren door een erkend organisme (EO).

De elektrische laagspanningsinstallatie wordt 5-jaarlijks door een erkend organisme gekeurd. Als voorstel wordt dezelfde termijn opgenomen. Algemeen keurt de EO zowel de laagspanning als veiligheidsverlichting. Dit kan dus in één controlebezoek / verslag worden opgenomen.

Voorstel tot aanpassing

Veiligheidsverlichting

Erkend organisme

5-jaarlijks

Veiligheidsverlichting - goede werking

Bevoegd persoon

6-maandelijks

Publieke stemming
Aanwezig: Merel Akkermans, Bart Seldeslachts, Luc Abrams, Wim Claes, Willem Wevers, Cindy Vanbaeden, Peter Scholiers, Peter Lambrechts, Luc Van Hoof, An Verlinden, Mia Wauters, Anja Poortmans, Christel Beyens, Guido Daelemans, Felicia Van Thuyne, Sophie Baeckelmans, Stijn De Haes, Ronny Roofthooft, Joris Dircx, Wim Annaert, Marjan De Nayer, Anton Van Belleghem, Linda Achten, Evy Van Santfoort, Jasper Aertsens, Edwin Truyens, Marleen Wauben, Kizzy Rombaut
Voorstanders: Merel Akkermans, Bart Seldeslachts, Luc Abrams, Wim Claes, Willem Wevers, Cindy Vanbaeden, Peter Scholiers, Peter Lambrechts, Luc Van Hoof, An Verlinden, Mia Wauters, Anja Poortmans, Christel Beyens, Guido Daelemans, Felicia Van Thuyne, Sophie Baeckelmans, Stijn De Haes, Ronny Roofthooft, Joris Dircx, Wim Annaert, Marjan De Nayer, Anton Van Belleghem, Linda Achten, Evy Van Santfoort, Jasper Aertsens, Edwin Truyens, Marleen Wauben
Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
Besluit

Enig artikel.

De gemeenteraad keurt het ontwerp aanpassing politiereglement voor publiek toegankelijke inrichtingen goed, zoals goedgekeurd in de zoneraad van juni 2025.