Binnen de domeinen cultuur, jeugd en sport werden parallelle trajecten gelopen. De inzet was om komaf te maken met ingewikkelde puntensystemen, gebaseerd op een veelheid van vaak achterhaalde en niet te controleren criteria.
Voor wat betreft cultuur en jeugd is er een gedragen voorstel, met neerslag in 1 geïntegreerd reglement. Voor sport bleek de oefening iets complexer. Voorstel is om mits goedkeuring van de gemeenteraad de vermelde reglementen binnen het domein jeugd en het domein cultuur te vervangen door een geïntegreerd reglement voor cultuur en jeugd. Voor sport wordt nog 1 jaar gewerkt met het huidige reglement. De lopende oefening wordt verdergezet en met oog op 1/1/2027 zal ook voor sport een nieuw reglement geïntegreerd worden.
De uitgangspunten van het nieuw systeem:
Op basis van een beperkt aantal criteria waarop het bestuur wilt sturen worden verenigingen ingeschaald in categorieën. Aan elke categorie is een dynamisch forfaitair bedrag gekoppeld:
Voorts gelden de volgende principes:
Naast werkingssubsidies die volgens dit systeem worden georganiseerd, voorzien we ook impulssubsidies.
Het nieuwe reglement "erkende cultuur- en jeugdverenigingen" vervangt de bestaande reglementen:
Het nieuwe reglement, inclusief projectie van de verdeling van de forfaitaire bedragen op basis van gegevens 2025, werd afgetoetst met de jeugdraad en cultuurraad.
Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017; Art. 40
Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017
Jeugdraad en cultuurraad werden bevraagd en opmerkingen verwerkt.
Te voorziene budgetten (deze bedragen zijn exclusief een te voorziene indexering in jaar 2 en jaar 5 van de legislatuur)
64930000 Toegestane werkingssubsidies aan verenigingen
075000 Jeugdsector en verenigingsondersteuning: € 67.000
073900 Overig kunst- en cultuurbeleid algemeen:
Artikel 1.
De gemeenteraad heft volgende reglementen op met ingang van 1 januari 2026:
Art. 2.
De gemeenteraad keurt volgend subsidiereglement goed:
Subsidiereglement voor de erkende cultuur- en jeugdverenigingen van Kontich
Algemene bepalingen
Artikel 1. – Algemeen
Erkende cultuur- en jeugdverenigingen die via dit reglement een werkingssubsidie ontvangen, kunnen voor eenzelfde activiteit of voor hun reguliere werking geen aanspraak maken op andere subsidies van de gemeente. De subsidie bestaat uit een werkingssubsidie en impulssubsidie. De subsidiëring is opgedeeld in twee domeinen: cultuur en jeugd.
Art. 2. - Werkingssubsidie
De werkingssubsidie heeft als doel de verenigingen te ondersteunen in de ontplooiing van hun basiswerking. Erkende verenigingen kunnen aanspraak maken op subsidies, mits ze voldoen aan bepaalde voorwaarden. De werkingssubsidie is opgedeeld in verschillende categorieën. Aan elke categorie zijn specifieke voorwaarden en een dynamisch forfaitair subsidiebedrag gekoppeld:
Afhankelijk van de werking valt een vereniging binnen een bepaalde categorie. De werkingssubsidie wordt per beleidsdomein toegekend binnen het voorziene budget in het gemeentelijk meerjarenplan.
Art. 3. – Impulssubsidies
Het lokaal bestuur wil verenigingen impulsen geven om hun werking te versterken rond bepaalde thema’s. Alle verenigingen die een werkingssubsidie ontvangen, kunnen aanvullend impulssubsidies aanvragen. De thema’s worden aan het begin van de bestuursperiode geselecteerd op basis van de beleidsdoelstellingen in het meerjarenplan. Er wordt gestreefd naar gemeenschappelijke uitdagingen over de beleidsdomeinen heen. De thema’s worden hieronder nader toegelicht. De impulssubsidie wordt per domein toegekend binnen de perken van het daartoe voorziene budget in het gemeentelijk meerjarenplan.
Duiding bij de thema's:
a. Duurzaamheid
Een vereniging of club die aan duurzaam bestuur doet, denkt na over de toekomst en dat op verschillende vlakken. Op ecologisch verantwoorde wijze omgaan met de dagdagelijkse organisatie, maar ook het investeren in duurzame materialen zijn toonaangevend voor een werking met een focus op duurzaamheid.
Enkele voorbeelden:
b. Samenwerking en netwerking
De vereniging gaat structurele of occasionele samenwerkingsverbanden aan met andere verenigingen of met andere organisaties. De samenwerking kan betrekking hebben op activiteiten, op bestuursniveau, op reguliere werking…
Enkele voorbeelden:
c. Inclusieve Vrije Tijd
Clubs en verenigingen die zich inzetten voor verschillende doelgroepen en/of kansengroepen en werk maken van inclusieve vrije tijd willen we extra ondersteunen.
Enkele voorbeelden:
Art. 4. - Overige definities
We bieden een verklarend overzicht van enkele veel gebruikte concepten binnen dit reglement:
Kalenderjaar: Een kalenderjaar loopt van 1 januari tot 31 december.
Schooljaar: Een schooljaar loopt van 1 september tot en met 30 juni.
Socio-culturele vereniging, lid van: Een lid van een socio-culturele vereniging wordt gedefinieerd als een natuurlijke persoon die het jaarlijkse lidgeld heeft betaald of in het afgelopen kalenderjaar aantoonbaar heeft meegewerkt aan minstens één activiteit of evenement georganiseerd door de vereniging.
Werkjaar: Een werkjaar loopt van 1 september tot en met 31 augustus.
Wijk- en dorpsraden (cultuur): Verenigingen met als hoofddoel het bevorderen van de sociale cohesie en contacten voor inwoners van een afgebakend gebied binnen onze gemeente.
Domein Cultuur
Art. 5. - Doelstelling
De subsidiëring van de erkende cultuurverenigingen heeft tot doel hen de mogelijkheid te geven hun werking verder uit te bouwen en/of te professionaliseren. Het beleid wil hiermee het verenigingsleven stimuleren om zoveel mogelijk inwoners aan cultuurparticipatie te laten doen en de sociale cohesie te bevorderen.
Art. 6. - Verdeling en berekening van de subsidie
Socio-culturele verenigingen
| Categorie | Bedrag | Voorwaarden met omschrijving |
| A | € 300 |
|
| B | € 550 |
|
| C | € 1250 |
|
*De verenigingen die niet cumulatief voldoen aan de voorwaarden voor categorie C vallen in de lagere categorie.
Sociaal-artistieke verenigingen
| Categorie | Bedrag | voorwaarden met omschrijving |
| A | € 450 |
|
| B | € 600 |
|
| B+ | € 750 |
en
|
| C | € 750 |
en
|
| D | € 1100 |
en
en
|
Domein Jeugd
Art. 7. - Doelstelling
De subsidiëring van de erkende jeugdverenigingen heeft tot doel hen de mogelijkheid te geven hun werking verder uit te bouwen en/of te professionaliseren. Het beleid wil hiermee het verenigingsleven stimuleren om zoveel mogelijk kinderen en jongeren van de gemeente Kontich op een kwalitatieve manier aan te zetten tot ontmoeten, spelen en groeien.
Art. 8. - Verdeling en berekening van de subsidie
1. Georganiseerd jeugdwerk
Elke erkende jeugdvereniging die beroep wil doen op deze subsidiëring dient te voldoen aan volgende voorwaarden:
Naast deze algemene voorwaarden, zijn er extra criteria die bepalen tot welke categorie de vereniging behoort, dewelke het bedrag van de subsidie bepaalt.
| Categorie | Bedrag | Extra voorwaarden met omschrijving |
| A | € 2000 |
|
| B | € 5000 |
|
| C | € 7000 |
|
| D | € 9000 |
|
*Voorwaarden ledenaantal: Desgevraagd kan de gemeente om bijkomende verificatie vragen om het ledenaantal correct te beoordelen voor subsidiëring. De vereniging bezorgt in dat geval een officiële, geanonimiseerde ledenlijst (indien beschikbaar op te vragen bij de betreffende koepelorganisatie).
2. Open jeugdwerk
| Categorie | Bedrag | Voorwaarden met omschrijving |
| Jeugdhuis | € 6000 |
|
Aanvraag, betwisting en uitbetaling
Art. 9. - Aanvraag
A) Werkingssubsidie
B) Impulssubsidies
Art. 10. - Betwisting
Bij betwisting over de toekenning van subsidies kan de vereniging een bezwaarschrift richten aan het college van burgemeester en schepenen. Dit gebeurt schriftelijk of via mail, gemotiveerd en ondertekend, binnen een termijn van twee weken. Die vraagt op haar beurt advies aan de betrokken adviesraad. Indien van dit advies wordt afgeweken, motiveert het college van burgemeester en schepenen zijn beslissing.
Art. 11. - Uitzondering
Uitzonderlijk kunnen verenigingen die afwijken van de voorwaarden, maar een degelijke argumentatie kunnen voorleggen, in een bepaalde categorie aanvaard worden. Dit kan na advies door de betrokken adviesraad. De uiteindelijke beslissing wordt genomen door het college van burgemeester en schepenen.
Art. 12. - Uitbetaling
Na goedkeuring door het college van burgemeester en schepenen, wordt de subsidie zo spoedig mogelijk uitbetaald op het bankrekeningnummer, vermeld op het aanvraagformulier. De aanvrager verbindt zich ertoe elke wijziging van zijn rekeningnummer onmiddellijk en schriftelijk mee te delen aan de gemeente.
Art. 13. - Onjuiste of misleidende informatie
Indien een vereniging bij een subsidieaanvraag onjuiste, onvolledige of misleidende informatie verstrekt, wordt dit beschouwd als een ernstige tekortkoming.
Art. 14. - Inwerkingtreding
Dit reglement treedt in werking vanaf 1 januari 2026.